Recentelijk is een korte film over het ontwerp van Tuindorp Vreewijk gemaakt door het Portaal en vorig jaar is een boek verschenen over Leberecht Migge wiens werk net als Vreewijk was geinspireerd op de Garden City van Ebenezer Howard.
Het meest bekende conceptuele model voor de relatie tussen stad en landbouw is het tuinstadsmodel van Ebenezer Howard. Als alternatief voor de snel groeiende en dichtslibbende steden in het Engeland van de Industrialisatie stelde hij een ruimtelijk model dat het beste van stad en platteland met elkaar moest verenigen. Een centrale stad met daarom heen satellietstadjes onderling verbonden met openbaar vervoer en daartussen het agrarisch landschap. Het gezamenlijke inwonertal was voldoende om een symfonie-orkest te kunnen onderhouden (als maat voor stedelijkheid). De afstand tot het platteland was kort genoeg om er dagelijks te kunnen ontspannen. De woongebieden waren zo groen dat er ruimte was om zelf groente te verbouwen. Niet alleen de toegang tot het landschap werd meer gelijkwaardig verdeeld, het onderliggend idee was dat ook het grondbezit zou worden gedemocratiseerd. Op dit punt bleek de droom van Howard in de praktijk uit een te spatten. Het idee is op meerdere plekken uitgevoerd en heeft tot mooie groene woonwijken geleid die ontegenzeggelijk een gezonder leefmilieu boden aan de arbeidersgezinnen die er werden gehuisvest (zoals Tuindorp Vreewijk in Rotterdam). Maar het leidde niet tot andere machtsverhoudingen; de grond bleef in handen van de investeerders. Ondertussen ging de groei van de bestaande steden en de industrialisering van de landbouw onstuitbaar door. Het ideaalmodel kreeg in dat opzicht geen voet aan de grond.
Over het ontwerp van Tuindorp Vreewijk is deze korte film gemaakt als onderdeel van Vreewijk Prachtwijk – Kroniek van een herstructurering: een reeks films gemaakt door Het Portaal (door Jan Willem van der Schans hier al eerder beschreven).
Werden in Howard’s tuinstadmodel gangbare land- en tuinbouw gezien als een gegeven, in Duitsland werd voedselproductie vanuit de tuinstadgedachte op verschillende schalen opnieuw vormgegeven in het werk van Leberecht Migge. Hij was een sociaal bewogen revolutionair die geloofde in het emanciperende karakter van voedselzelfvoorziening voor de arbeider. Hij maakte aansprekende ontwerpen voor semiopenbare en privé-tuinen, waarin de scheiding tussen productietuin en siertuin werd opgeheven.
In de praktijk bleek dat veel mensen helemaal geen tijd of zin hadden om hun eigen voedsel te verbouwen. Maar dankzij de ruimte voor voedselproductie die naar zijn ontwerp was opgenomen in de Siedlungen in Frankfurt kwamen de bewoners daar zonder honger de oorlog door. In zijn ontwerpen nam hij ook de behoefte aan bemesting mee in de vorm van door hem gepatenteere composttoiletten. Deze vorm van kringloopdenken werkte Migge uit tot een model waarin de poep uit de stad Berlijn de voeding zou worden van het omliggende eetbare landschap: het Fruchtlandschaft Berlins waarmee de stad zelfvoorzienend zou worden. Hierin werd een fundamentele functionele relatie tussen land, stad en voeding zichtbaar gemaakt en benoemd in een tijd dat dit besef aan het verdwijnen was.
Over Leberecht Migge is recentelijk een boek verschenen, waarover u meer kunt lezen hier.