Eerste Stap Richting Platform Groene Groei Plekken

0

Verslag Stadsboerenbijeenkomst 15 Februari

 Samen Groeien

IMG_7391

foto door Leonie Roukens

Een aantal Rotterdamse tuinen hebben de handen ineen geslagen om samen te werken aan educatie, professionalisering en werkgelegenheid. Het zijn plekken die op uiteenlopende manieren een onschatbare bijdrage leveren aan het stadsleven. Door samen te werken willen de tuinen zich verder ontwikkelen en groeien, zodat ze nog meer voor de stad kunnen betekenen. Het plan is ontstaan tijdens de Tweede Stadsboerenconferentie. Deze Groene Groeiplekken (Wollefoppengroen & co – Taka Tuka Tuin, Rotterdamse Munt, Educatieve tuin de Enk, Botanische Tuin Afrikaanderwijk, Wilgenplantsoen, Planetcare) hebben in samenwerking met Museum Rotterdam op maandag 15 februari een bijeenkomst georganiseerd, om met nieuwe geïnteresseerde tuinen en groenprojecten een platform te creëren om aan deze doelen verder te werken. Een belangrijk streven was om de groep samenwerkende tuinen uit te breiden.

IMG_7575

foto door Leonie Roukens

De bijeenkomst vond plaats in het Timmerhuis, hoofdlocatie van Museum Rotterdam. Een twintigtal mensen van verschillende tuinen en groenprojecten hebben de avond bezocht en meegedacht over de volgende stappen. Bij aankomst konden zij rekenen op een hartelijke ontvangst door Corien Bijl (Educatieve Tuin de Enk), Lieke Fortuin (Botanische Tuin Afrikaanderwijk) en Leonie Roukens (Planet Care) en werd men met thee en koffie in de watten gelegd door Ingrid Ackermans (Rotterdamse Munt).

 

Museum Rotterdam

IMG_7477

foto door Leonie Roukens

Na een openingswoord namens de Groene Groeiplekken door Lieke Fortuin (Botanische Tuin Afrikaanderwijk) werd de groep welkom geheten namens Museum Rotterdam door Nicole van Dijk. Museum Rotterdam ziet in de stadsboerenbeweging een belangrijke ontwikkeling en verschuiving in de stad op het gebied van zeggenschap op land, denken over duurzaamheid en wijze waarop stedelingen bezig zijn met sociale verbinding. Museum Rotterdam wil deze ontwikkelingen ondersteunen en faciliteert de stadsboeren daarom in hun behoefte aan vergader- en conferentieruimte. Dit geeft Museum Rotterdam gelijk de kans om deze beweging van dichtbij te volgen en dit erfgoed vast te leggen voor de toekomst.

 

Groene Groei Plekken

IMG_7411

foto door Leonie Roukens

Vervolgens werd het doel van de Groene Groei Plekken geïntroduceerd en ook de bedoeling van de bijeenkomst, door Frenk Walkenbach (Wollefoppengroen & co – Taka Tuka Tuin). Het idee voor deze samenwerking van Groene Groeiplekken is ontstaan in de Werkgroep Werkgelegenheid, Onderwijs en Participatie, tijdens de Tweede Stadsboerenconferentie. Met een mooie powerpoint presentatie schetste Frenk wat er nu al voor moois groeit en bloeit op de verschillende tuinen en groene projecten die Rotterdam rijk is. Tuinen vervullen een enorme diversiteit aan functies voor bewoners in Rotterdam. Ze dragen bij aan de fysieke en geestelijke gezondheid van mensen in de wijk, aan een bewuste duurzame manier van leven, aan participatie, integratie, sociale cohesie en maatschappelijke betrokkenheid, educatie van kinderen en een veilige opvoedomgeving, aan werkgelegenheid, aan zelfontwikkeling en het leefplezier in een mooie groene stad.

Ook liet Frenk op een visuele manier zien dat er voor de toekomst nog veel mogelijk is, vooral als de tuinen gaan samenwerken

  • om samen inzichtelijk te maken wat de tuinen allemaal te bieden hebben en dat verhaal samen uit te dragen.
  • om elkaar te helpen verder te professionaliseren
  • en, met als eerste stap, samen ervoor te zorgen dat elke tuin haar eigen coördinatoren kan financieren.

Dat zijn de doelen van het samenwerkingsverband van de Groene Groei Plekken. Tuinen die nu twee of drie momenten per week vol zijn met gebruikers, kunnen dan vijf of zes dagen per week vol zijn met activiteit en levendigheid.

Het doel van de bijeenkomst was samen verder na te denken over de invulling van het samenwerkingsverband of ‘platform’ van Groene Groei Plekken. Het verhaal over de geschiedenis van Sportsupport zou daar een inspirerende impuls aan kunnen geven.

 


Rotterdam Sportsupport

IMG_7493

foto door Leonie Roukens

Rotterdam kent een rijke verzameling van bloeiende sportverenigingen. Gert-Jan Lammens, directeur van Sportsupport, was uitgenodigd om de tuinen te inspireren met het succesverhaal van de Rotterdamse sportwereld. De 350 Rotterdamse sportverenigingen worden net als de vele tuinen gerund door grote groepen vrijwilligers. Het sporten is een positief middel dat moet bijdragen aan een diversiteit van sociale vraagstukken zoals gezondheid, welzijn, integratie en veiligheid. De sportverenigingen zijn net als veel tuinen voor een belangrijk deel afhankelijk van politieke (gemeentelijke) steun, en hebben zich in het verleden samen moeten bewijzen om die steun te verdienen. Sportsupport, die sportverenigingen ondersteunt, stimuleert en faciliteert met experts en programma’s en heeft een belangrijke rol gespeeld in deze ontwikkeling en groei van de breedtesport in Rotterdam.

Door de overeenkomsten van sportverenigingen met tuinen zat het passievolle verhaal van Gert-Jan vol met nuttige tips voor de stadslandbouwbeweging. Hij noemde vier punten die het succes van sportsupport verklaren.

  1. De eerste is dat je er bij je financiers op aan moet dringen dat ze je afrekenen op de prestaties die je levert. Hij noemde dat contractfinanciering met prestatie-afspraken. Je hebt dan duidelijk voor ogen wat je moet leveren om bijvoorbeeld de gemeente (en dus haar bewoners) blij te maken. Alles begint daarom ook met het meten van je resultaten en die resultaten om te zetten in kosten-baten analyses. En je moet niet je eigen vlees keuren, maar dat laten doen door onafhankelijke organisaties.
  2. De tweede is dat Sportsupport ernaar gestreefd heeft samen met de twee andere grote uitvoerende organisaties (Rotterdam Topsport en de gemeentelijke dienst Sport en Recreatie) gezamenlijk een visie op te stellen waarin ieder een specifieke taak en ‘punt van de taart’ werd toebedeeld. Op die manier heeft Sportsupport zich als onderdeel van één geheel onmisbaar gemaakt.
  3. De derde is dat je moet investeren in mensen met passie. Die maken het verschil. Relaties met mensen en organisaties die om andere redenen betrokken zijn, bouw je zo veel mogelijk af. En je vervangt die voor mensen die wel vanuit het hart betrokken zijn. Dan kom je pas echt verder.
  4. IMG_7396

    foto door Leonie Roukens

    De vierde is dat Sportsupport zich heeft proberen te verplaatsen in het spanningsveld van de Wethouder. Wanneer gaat de Wethouder zich inzetten binnen het college om te investeren in sport? Dat gaat hij doen als de sportverenigingen en ook de organisatie van Sportsupport niet neergezet werden als doel, maar als middel om iets bij te dragen aan het oplossen van de grootste problemen van stad, zoals werkgelegenheid, onderwijs, zorg en gezondheid. Topsupport heeft allerlei programma’s ontwikkeld voor sportverenigingen om sport in te zetten bij het voorkomen dat jongeren voortijdig school verlaten, om overgewicht bij kinderen tegen te gaan, om te voorkomen dat mensen lang in de bijstand zitten, enz. Dat geeft de betrokken wethouder een reden om trots naar zijn of haar collega’s van onderwijs of werkgelegenheid te stappen en te vragen om investeringen.

Alle vier de succesfactoren kunnen overgenomen worden door de tuinen die zich als Groene Groei Plekken willen organiseren. Verder advieseerde hij om met een communicatie-expert in zee te gaan om successen uit te dragen, met grote organisaties te praten en daarmee openingen te bieden op het gebied van financiering en beleid. Hij raadde de tuinen ook aan om te zoeken naar dat wat alle tuinen bindt, zodat je een herkenbaar verhaal kan vertellen naar buiten toe. ‘Alleen ga je sneller, samen kom je verder.’ Maar hij waarschuwde dat je ervoor moet zorgen niet tot elkaar veroordeeld te zijn in stugge organisatiestructuren en dat de verschillende tuinen voldoende vrijheid moeten hebben om zelf vooruit te blijven gaan. Zelf is Sportsupport geen vereniging maar een stichting met een efficiënte en transparante organisatie en een raad van toezicht zodat iedereen kan zien dat er niet meer geld naar de organisatie gaat dan nodig is. Er zijn nog veel meer tips te noemen dan hierboven. Misschien volgt er binnenkort nog een uitgebreider verslag van het verhaal van Gert-Jan Lammens, om recht te doen aan zijn waardevolle en gedetailleerde advies.

 

Beleidsgroep

IMG_7501

foto door Leonie Roukens

Op de eerste stadsboerenconferentie op 6 maart 2015, is een werkgroep ontstaan die zich voor de stadslandbouwbeweging inzet om meer invloed uit te oefenen op grote organisaties zoals de gemeente. Rutger Henneman en Azi Azimullah deden verslag van de voortgang van de beleidsgroep. Tijdens de tweede Stadsboerenconferentie werd een proces begeleid waarin de aanwezige organisaties zich konden uitspreken over gezamenlijke beleidsdoelen. Na veel verloop is de groep nu zo ver om de volgende concrete stappen te zetten. Wat gaat de beleidsgroep doen?

De beleidsgroep wil in dienst van de stadsboerenbeweging processen ontwerpen en begeleiden waardoor de beweging zichzelf verder ontwikkelt, zoals ze zich wil ontwikkelen. De kunst daarbij is het inspireren van eenheid zonder af te doen aan de diversiteit van organisaties en initiatieven in de beweging en de nadrukkelijke afkeer tegen starre organisatievormen die ‘van boven af’ voor andere bepalen wat er moet gebeuren. De beleidsgroep wil zich inzetten om de beweging te helpen bij het uitvoeren de doelen die de beweging zich zelf formuleert.

Door het zelforganiserende vermogen te versterken kan de beweging meer invloed uitoefenen op grote partijen. De tweede stap van de beleidsgroep is de beweging te helpen om het contact met grote organisaties te stroomlijnen, om de samenwerking met grote organisaties te versterken en als het nodig is de invloed uit te oefenen die de beweging wil uitoefenen. Uit de doelen die de beweging geformuleerd heeft tijdens de Tweede Stadsboerenconferentie, blijkt dat er vier terreinen zijn waar stadsboeren aan willen werken. Deze doelen neemt de beleidsgroep over.

  • professionalisering, waaronder het bundelen van kennis, onderzoek en monitoren van kwaliteit,
  • de ontwikkeling van de korte keteneconomie, o.a. door het stimuleren van innovatie en het koppelen van vraag en aanbod,
  • financiering en fondswerving, waaronder het toegankelijk, inzichtelijk en eerlijk maken van de toeschrijving van bestaande financieringsbronnen voor een brede bottum-up beweging en lobby voor nieuwe vormen van financiering.
  • beleid: zoals lobby voor gezamenlijk geformuleerde doelen, missies en marketing.

De eerste concrete stap die de beleidsgroep gaat nemen is het ontwikkelen van een website waar vraag en aanbod bij elkaar kunnen komen (een virtuele markt) met een extra nadruk op vraag en aanbod in kennis (een kenniscentrum). Vanuit die virtuele markt en het kenniscentrum wordt verder gewerkt aan de verschillende doelen. De beleidsgroep laat haar naam achter zich en is in conclaaf over een nieuwe naam, met als tijdelijke werknaam ‘Puur Lokaal’.

 

Volgende Stappen voor de Groene Groei Plekken

IMG_7526

foto door Leonie Roukens

Na het plenaire deel met sprekers zijn de deelnemers uit elkaar gegaan in groepen om verder te praten over de invulling van het platform van Groene Groei Plekken. In de groepen heeft men zich gebogen over vragen zoals: Vind je het opzetten van ‘een platform voor groene groeiplekken in Rotterdam’ een goede ontwikkeling? Welke kansen zie je voor de samenwerking van de groene initiatieven in Rotterdam? Wat vind je dat het platform voor jouw organisatie kan doen? Hoe wil je dat wij ons organiseren? Wat zou jij willen bijdragen aan dit initiatief? Heeft jouw groene plek behoefte aan een coördinator en waarom? Waar heeft jouw tuin/initiatief nog meer behoefte aan? Heeft jou tuin/initiatief interesse zich bij het platform Groene Groei Plekken aan te sluiten?

Tijdens de plenaire afsluiting bleek dat er bij de meeste deelnemers een sterke behoefte heerst om samen op te trekken zodat de verschillende tuinen zich verder kunnen ontwikkelen, groeien, meer (financiële) middelen krijgen en een beter verhaal hebben naar de gemeente. Ook was er duidelijk behoefte aan meer financiële middelen voor de eigen coördinatoren van de verschillende aanwezige tuinen. Er waren wel duidelijk verschillen in de reacties op hoe de tuinen dat dan samen zouden moeten gaan doen, en wat de volgende stappen zouden moeten zijn. In een groep had men sterk de behoefte om een volgende keer meer tijd te nemen om te praten over de vragen en onderwerpen die ter tafel kwamen. In een andere groep heeft men enthousiast gepraat over het oprichten van een stichting. In de derde groep werd er veel gepraat over een gedeeld afkeer tegen veel verder praten. Daar werd voorgesteld dat een kleine groep wegbereiders aan de slag zou moeten, en dat steun voor die wegbereiders vanzelf sprak en makkelijk gewonnen kon worden wanneer die wegbereiders eenmaal goed aan de slag zijn gegaan. Toch waren er ook mensen aanwezig die zich hebben uitgesproken om meer betrokken te raken bij het vervolg. Het was inspirerend om te zien hoeveel betrokkenheid er is en er is voldoende steun om mee te denken hoe we de doelen kunnen realiseren.

IMG_7531

foto door Leonie Roukens

Het programma, achter de schermen vakkundig georkestreerd door Leonie Roukens (Planet Care), werd gesloten met het idee om in een volgende bijeenkomst toe te werken naar concrete stappen. Daarbij moet ruimte geboden worden zowel aan mensen en tuinen die zich in dat proces willen mengen als mensen en tuinen die daar niet op zitten te wachten, maar die wel in een latere fase willen aanhaken. Alle deelnemers zullen op de hoogte gebracht worden over volgende bijeenkomsten en vervolgstappen. Er is nog druk nagepraat tijdens de afsluitende borrel, verzorgd door Museum Rotterdam.

 

Rutger Henneman

 

Delen

Over de Auteur

Gesloten voor reacties