Hoe te starten op je balkon of in je eigen tuin, is meestal wel bekend. Maar wat moet je doen als je op een binnenterrein, op een langdurig leegstaande bouwlocatie, in een buurt-plantsoen of wijkpark, of aan de rand van de stad duurzaam wilt gaan tuinieren of boeren? Nu de crisis langzaam weer naar de achtergrond verdwijnt, worden braakliggende stukken grond met pop-up gemeenschapstuinen in rap tempo ontruimd voor de aantrekkende woningbouw.
Hoe kom je tegenwoordig nog aan vruchtbare grond voor je initiatief? Hoe kun je er voor zorgen dat het opgebouwde (sociale, ecologische, economische) kapitaal behouden wordt voor de stad? We doen een boude stelling; iedere wijk zou eigenlijk een nieuwe meent -gezamenlijke grond- moeten hebben waar door bewoners geprogrammeerde gemeenschapstuin wortels vindt. Met ruimte voor kweken, koken, ontmoeting, natuur- en milieu-educatie en ondernemerschap. Wie doet mee!?
Jan van der Schans heeft ruime ervaring met dit onderwerp vanuit zijn voormalige werk bij woningcorporatie Havensteder: “Als lid van Eetbaar Rotterdam kom ik in de laatste jaren mensen tegen die met grond andere dingen willen doen dan ik gewend was. Dat was namelijk bouwen. Maar wat zijn gebouwen zonder groen? En wat zijn mensen in die gebouwen zonder eetbare planten en vruchten. ‘Hoe dichterbij, hoe beter’, denk ik intussen. Op tientallen plekken in Rotterdam lukt dat ook. Hoe, daar vertel ik graag over.”
Robbert de Vrieze is maatschappelijk ontwerper en architect bij Transformers. Ook is hij initiatiefnemer van stadslab Luchtkwaliteit en WIJ Delfshaven (netwerk van betrokken bewoners en initiatieven). Namens die laatste club zit hij in de gebiedscommissie Delfshaven. Verder is hij als bestuurslid betrokken bij maatschappelijke ‘makerspace’ BouwKeet en Delfshaven Coöperatie.