In Memoriam Uit Je Eigen Stad 2012-2018

0

Op 13 november 2018 werd Uit Je Eigen Stad failliet verklaard. Daarmee kwam na 6 jaar een definitief einde aan een van de opmerkelijkste stadslandbouwexperimenten in Rotterdam. Om dit experiment op waarde te schatten is een stukje geschiedenis op zijn plaats.

Het eerste succes van UJES is haar realisatie. Uit Je Eigen Stad werd in september 2012 feestelijk geopend, maar de kiem voor Uit Je Eigen Stad werd gelegd in 2006 toen Bas de Groot afstudeerde aan de Warmonderhof bij de opleiding Landbouw en Zorg op een plan voor een zorgtuin in de tuin van het Rotterdamse blok waar hij woonde. Dit ging niet door, maar bij Bas was een zaadje geplant, dat verder ontkiemde binnen de expertisegroep stadslandbouw Eetbaar Rotterdam die rond die tijd ontstond en die Bas omarmde als nieuwe (kandidaat)stadsboer. Het idee van een stadsboerderij ontwikkelde zich verder tot een plek waar alles wat landbouw bedrijven in de stad aan positiefs kan bijdragen aan die stad (placemaking, oftewel het creëren van een fijne plek op een her te ontwikkelen (en vaak onherbergzame) locatie in de stad; supervers lokaal voedsel; vergroening van de stad) wordt gekoppeld aan de mogelijkheden die de stad biedt (om landbouw duurzaam te maken en circulair; om direct te leveren aan de klant; om gebruik te maken van reststromen en van on(der)gebruikte ruimte). Deze stadsboerderij zou laten zien dat dit zelfs een baan op kan leveren voor 1 of meerdere stadsboeren. Voorbeelden uit de Verenigde staten zoals Growing Power waren hierbij een grote inspiratiebron.

Met dit idee ging Bas op zoek naar een zakelijk partner en naar een locatie. Als locatie werd de Marconistrip gevonden, die door de gemeente als freezone (regelvrije zone) was aangewezen, en in beeld kwam door contacten van Eetbaar Rotterdam met de gemeente. Tot dan toe waren allerlei plannen de revue gepasseerd maar geen enkele gerealiseerd. Met Johan Bosman en Huibert de Leede startte Bas hier Uit Je Eigen Stad.

De financiering reflecteerde de verwachtingen die men had van stadslandbouw en de diverse partijen die haar vruchten wilde plukken. Woningcorporatie Havensteder investeerde in de gebouwen (en zou deze investering terug krijgen in de vorm van huur) vanuit een geloof in het rendement van stadslandbouw voor haar vastgoed. Stichting DOEN en Rabobank verschaften leningen tegen aanzienlijke rente. De gemeente met wethouder van Huffelen als politieke beschermvrouwe van stadslandbouw investeerde tijd van ambtenaren om vergunningen e.d. voor elkaar te krijgen. Een grote groep mensen uit de stadslandbouwbeweging stortten kleine bedragen via een crowdfundingscampagne. Meedingen naar het Stadsinitiatief leverde geen geld op voor de aanleg van meer locaties (al zaten ze de winnaar Luchtsingel dicht op de hielen), maar wel veel bekendheid. Projectontwikkelaar AM had best willen investeren in het project, als zij naast het project had mogen ontwikkelen (zij liet ooit nog een plan tekenen waarin stadslandbouw als placemaking strategie voor het Merwe-Vierhaven gebied werd ingezet), maar zo’n toezegging werd door de gemeente gezien als een inbreuk op de werking van de vrije (vastgoed)markt, dus dat ging niet door.

De volgende stap was om hier in 10 jaar een stadsboerderij op te bouwen en de gedane investeringen terug te verdienen. Dit bleek een lastige zoektocht waarbij de verhouding tussen stadslandbouwidealen en winstgevende activiteiten op scherp kwamen te staan. Ten behoeve van een duidelijke profilering werden de wortels in Eetbaar Rotterdam zo min mogelijk op de voorgrond gebracht (bij de opening werd Eetbaar Rotterdam zelfs niet genoemd). De stadslandbouwgemeenschap, in het bijzonder de aandeelhouders uit de crowdfunding-campagne, werd nauwelijks betrokken en na een jaar of 2 werden deze funding crowd afgekocht. Uit Je Eigen Stad moest als merk worden neergezet zonder inmenging van allerlei buitenstaanders, behalve een select groepje adviseurs die betrokken waren in de aanloop, waaronder Wageningse bedrijfskundige (en Eetbaar Rotterdam-oprichter) Jan Willem van der Schans en Havensteder-directeur Jan van der Schans (die later nog bestuurslid van Vereniging Eetbaar Rotterdam zou worden).

Maar UJES was er. En er werd gepionierd. Zoals Stadslandbouwtijdschrift schreef in 2016: “Uit Je Eigen Stad was sinds zijn oprichting een belangrijk (om niet te zeggen hét) stadslandbouw-experiment. Een plek waar geprobeerd werd serieus vernieuwende vormen van landbouw te bedrijven, in de overtuiging dat dit de basis vormde voor haar bijdrage aan de stad (variërend van het sluiten van kringlopen tot bewustwording en het beleefbaar maken van wat lokaal voedsel kan betekenen in al zijn facetten van productie tot consumptie). Deze serieuze benadering uitte zich in de ambitie om een niet gecertificeerde maar wel duurzaam lokaal geteelde kip te fokken en in overleg met de klant (o.a. via Facebook) van een mooie, faire prijs te voorzien. In de ambitie om een professioneel aquaponics-systeem op te zetten en testen in stedelijke setting. In de ambitie relevant te zijn voor de ontwikkeling van de reguliere landbouw. Horeca was hierin een middel. Een financieel belangrijk middel, maar een middel.” Zie ook dit portret uit 2012 voor een inzicht in de oorspronkelijke ambitie en opzet.

Helaas groeiden de verschillen in inzicht in de koers van UJES. Eerder genoemde dilemma’s vormden een splijtzwam binnen het team waardoor ‘stadslandbouwgeweten’ Bas de Groot in 2015 er uit stapte, met een pijnlijke legale strijd tot gevolg. Rond die tijd stapte een horecapartij (Bacchus) in om het restaurant te gaan runnen. De aquaponics was toen net na veel vertraging geïnstalleerd, maar een jaar later op 20 januari 2016 ging de Stichting Uit Je Eigen Stad (waaronder de stadslandbouwactiviteiten vielen) failliet en werd de aquaponics opgedoekt. Vanaf toen was UJES welbeschouwd een restaurant met een tuin, al bood ze in een periode nog een plek aan andere innovatieve initiatieven zoals Stadsgas en Rechtstreex. Als restaurant met tuin werd het voornamelijk gerund als sociale onderneming. Er werd nog wel in de tuin gewerkt, nu volgens permacultuurprincipes maar hierin was UJES bepaald niet uniek of onderscheidend. Het dagelijks werk werd vooral door vrijwilligers gedaan. Dit bleek geen haalbare formule waardoor ook deze tweede incarnatie van de stadsboerderij nu heeft moeten stoppen.

Wat we hier ook van mogen vinden, dat UJES zes jaar heeft bestaan en (zeker in het begin) serieus heeft gepionierd is een succes. Een tweede succes van UJES zou er in kunnen liggen dat goed wordt vastgelegd wat er mis is gegaan (en wat er goed ging). Het experiment is pas mislukt als haar lessen niet geleerd worden. Zie als voorbeeld van hoe het wel kan de collectieve introspectie na het einde van Growing Power. Was de commerciële benadering een brug te ver of gewoon te klassiek opgezet met grote startinvesteringen die vervolgens bij elke tegenslag meer op de exploitatie drukten. Had een meer open-source benadering met een ecosysteem van ondernemers (zoals bijvoorbeeld The Plant in Chicago heeft) een meer haalbaar en veerkrachtig verdienmodel opgeleverd?

Deze vragen zijn des te relevanter omdat het einde van ‘icoonproject’ UJES (en eerder Urban Farmers in Den Haag) weer allerlei vragen oproept over de haalbaarheid van stadslandbouw, terwijl er allerlei andere initiatieven zijn die nog wel bestaan en nieuwe initiatieven die beiden kunnen leren van het echte verhaal achter UJES. En het geheugen op dit gebied is kort. De komende twee jaar wordt UJES als evenementenlocatie gerund door de mensen achter de Geheime Tuin. Ondanks die korte tijd komen er toch al weer ondernemende tuiniers naar toe om te experimenteren op het terrein en mogelijk zal de volgende editie van ERGroeit hier plaats vinden. Dus wie weet herleeft het experiment nog op deze bijzondere plek in de geest van de idealen waar UJES mee begon.

Foto: Eerste aquaponics-experiment in Utrechtse kelder 2011 (foto: Birgitte Louise Hansen)

Delen

Over de Auteur

Gesloten voor reacties